Aansprakelijkheid voor letselschade in escape-room

Letselschade in escape-room na val van trap. Wie is er aansprakelijk? De rechtbank Zeeland-West Brabant stewlt vast dat de eigenaar van een escape-room aansprakelijk is voor de schade die een van de deelnemers van een in de escape-room georganiseerd uitje, oploopt.

Letselschade in escape-room. Wat gebeurde er?

Een man van 63 jaar oud neemt samen met 9 collega’s deel aan een personeelsuitje in een escape-room. Een escape-room is een spel waarbij deelnemers in een ruimte worden opgesloten waaruit zij binnen een bepaalde tijdslimiet moeten proberen te ontsnappen. Er moeten raadsels en puzzels worden opgelost om uit de escape-room te komen.

De escape-room waarin het ongeval gebeurde, bevatte verschillende raadsels in verschillende ruimtes. Wanneer een raadsel werd opgelost, werd toegang verleend tot een volgende ruimte. Er werd een angstige en sprookjesachtige sfeer  gecreëerd door middel van licht- en geluidseffecten. Deelnemers aan het spel moeten vooraf zo min mogelijk weten over de inhoud en het verloop van het spel, zodat alle gebeurtenissen een verrassing zijn. Wel wordt er vooraf een korte instructie gegeven en een instructiefilmpje getoond.

Letselschade opgelopen tijdens een uitje? Wilt u de eigenaar van een attractie of uw werkgever aansprakelijk stellen voor uw schade? Bespreek de mogelijkheden gratis en vrijblijvend met een specialist.

Aansprakelijk voor val van trap

Toen de groep in de laatste ruimte kwam en het raadsel had opgelost, kon een metalen hek worden opengemaakt. Achter de deur die zich opende bevond zich een trap die toegang bood tot een ruimte onder de ruimte waarin de deelnemers zich bevonden.

Vlak voordat de deelnemers de trap afdalen wordt er vanuit een andere ruimte rook uit een rookmachine de ruimte ingeblazen, gecombineerd met harde geluiden en lichtflitsen. De trap bestond uit twee delen verbonden aan een klein platform. Het onderste deel van de trap bestond uit vijf treden die haaks op het bovenste deel van de trap staan. Eiser is van de eerste trap afgedaald en is vervolgens van het platform gevallen. Na het ongeval heeft de eigenaar van de escape-room een aantal maatregelen getroffen om de veiligheid te verbeteren.

Vordering tot letselschadevergoeding

Eiser geeft aan dat na het openen van het hek, het gat waarin de trap zich bevond begon te vullen met rook/mist. Het zicht in het trapgat werd beperkt door de mist in combinatie met een fel licht. Eiser liep achter zijn voorganger aan. Omdat de armleuning stopte, meende hij onder aan de trap te zijn aangekomen. Hij bevond zich op dat moment echter nog op het platform. Bij het nemen van een stap is hij van het platform gevallen en heeft hij zijn been gebroken.

De verdeling van de trap in twee delen was voor eiser niet zichtbaar en dit werd ook niet duidelijk gemaakt door middel van waarschuwingsborden of strepen. Eiser verwijt gedaagde niet te hebben gewaarschuwd voor de onveilige en onbekende situatie, bestaande uit een trap in twee delen die haaks op elkaar stonden. Dit in combinatie met het ontbreken van een armleuning op het platform en het sterk belemmerde zicht door rook/mist en een fel licht. Het zicht werd hierdoor vrijwel onmogelijk gemaakt. Eiser stelt dat gedaagde eenvoudig maatregelen had kunnen treffen ter voorkoming van een val van het platform, bijvoorbeeld door een langere armleuning  of door minder rook in de ruimte te blazen.

Verweer letselschade in escape-room

Gedaagde verweert zich door te stellen dat er sprake is van een ongelukkige samenloop van omstandigheden. Gedaagde wijst op de gegeven veiligheidsinstructie en op de aanwezigheid van twee borden in de ruimte waarop veiligheidsregels worden vermeld. Wel erkent gedaagde dat er, vanwege het verrassingseffect, niet wordt vermeld dat de laatste trap uit twee delen bestaat.

Gedaagde stelt dat de trap zelf niet gevaarlijk is. Er zijn twee armleuningen, er was voldoende licht en de deelnemers werden niet verblind door licht of mist. Wel werd er tijdens het afdalen van de trap door rookmachines mist in het trapgat geblazen, maar dit was niet bedoeld om het effect van verblinding of beperking in het zicht te hebben. Ter ondersteuning voert gedaagde nog aan dat vele deelnemers zonder problemen de trap zijn afgedaald.

Gedaagde geeft aan dat van bovenaf goed zichtbaar is dat de trap uit twee delen bestaat en dat er een haakse bocht in voorkomt. Op de beschikbare videobeelden is zichtbaar dat eiser enige tijd in het trapgat kijkt, hij had derhalve het verloop van de trap kunnen zien. Als eiser de mening was toegedaan dat er sprake was van een gevaarlijke situatie, dan had hij het spel voortijdig kunnen verlaten. Door dit niet te doen is er volgens verweerder sprake van eigen schuld in de zin van artikel 6:101 BW.

Beoordeling van aansprakelijkheidsvraagstuk door de rechter

Bij de beoordeling van het aansprakelijkheidsvraagstuk zijn de normen die zijn ontwikkeld sinds het Kelderluikarrest (HR 5 november 1965, NJ 1966/136) van belang. Dit betekent dat iedereen verplicht is om oplettend en voorzichtig te zijn om ongevallen te voorkomen. Echter, soms bestaan er situaties die het treffen van veiligheidsmaatregelen ter voorkoming van ongevallen vragen. Wanneer zo’n veiligheidsmaatregel niet wordt getroffen, is er sprake van schending van een (maatschappelijke) zorgvuldigheidsnorm en is dit onrechtmatig.

De omstandigheden van het geval zijn bepalend bij het antwoord op de vraag of er al dan niet sprake is van schending van de zorgvuldigheidsnorm. Er zijn 4 factoren die hierbij moeten worden beoordeeld:

  1. Hoe waarschijnlijk is het dat iemand niet de nodige voorzichtigheid en oplettendheid betracht?
  2. Hoe groot is de kans dat er daardoor ongevallen ontstaan?
  3. Hoe ernstig kunnen de gevolgen dan zijn?
  4. Hoe bezwaarlijk is het om veiligheidsmaatregelen te nemen?

In deze situatie wordt door de rechtbank geoordeeld dat er weliswaar een instructie werd gegeven en dat deelnemers aan het spel vooraf wisten dat er een angstige sfeer wordt gecreëerd met behulp van licht- en geluidseffecten, maar dat nergens uit blijkt dat een deelnemer ook bedacht moest zijn op gevaarlijke bouwkundige situaties in de verschillende ruimtes. Eiser behoefde dus geen bijzondere oplettendheid te betrachten bij het afdalen van de trap.

De rechtbank heeft de escape-room zelf bezocht en heeft waargenomen dat de omgeving waarin van de trap moest worden afgedaald, vanwege de harde geluidseffecten, de mist en de felle licht(flitsen) een desoriënterende werking heeft. Bovendien heeft de rechtbank waargenomen dat het platform moeilijk te onderscheiden was van de vloer daaronder. Het is daarom te begrijpen dat eiser dacht op de beneden vloer te zijn aangekomen in plaats van op het platform waarop hij zich in werkelijkheid bevond. Het ligt daarom voor de hand dat een deelnemer bij de nadering van het platform niet de vereiste zorgvuldigheid en oplettendheid in acht neemt. Aan de eerste categorie is daarom voldaan.

Veiligheidsmaatregelen ter voorkoming van verwondingen

Vervolgens concludeert de rechtbank dat het een feit van algemene bekendheid is dat een val van een trap of een platform kan leiden tot ernstig letsel. Er is niet gebleken dat er voorzieningen zijn getroffen ter voorkoming van ongevallen. Het enkele feit dat vele deelnemers zonder problemen de trap zijn afgedaald, is onvoldoende om aan te nemen dat de kans op een ongeval bij het in acht nemen van de vereiste oplettendheid, zeer klein is.

Tot slot is de rechtbank van mening dat andere en meer gepaste veiligheidsmaatregelen getroffen hadden kunnen worden. Gedacht kan worden aan waarschuwingen, de veiligheidsmaatregelen die gedaagde na het ongeval wel heeft aangebracht en het verlagen van de desoriënterende effecten. Al deze maatregelen kunnen de veiligheid van deelnemers die de trap afdalen verhogen.

Aansprakelijkheid voor gevaarlijke situatie en letselschade in escape-room

Gedaagde, de exploitant van de escape-room, heeft zich onrechtmatig gedragen ten opzichte van eiser die letselschade opliep. De eigenaar van de escape-room moet een schadevergoeding betalen aan het slachtoffer.

Het verweer, dat er sprake is van eigen schuld wordt door de rechtbank niet gevolgd. Dit verweer veronderstelt dat eiser zich voordat hij de trap afdaalde, bewust had moeten zijn welke risico’s er waren. De rechtbank is van mening dat deze risico’s zich pas later openbaarden. Rekening wordt gehouden met de situatie met licht- en geluidseffecten en de mist die door de rookmachines de ruimte in werd geblazen. Van eigen schuld kan in deze situatie geen sprake zijn.

Aansprakelijkheid en schadevergoeding bij letselschade in escape-room

Heeft u schade en wilt u iemand daarvoor aansprakelijk stelen? Of bent u zelf aansprakelijk gesteld voor schade? Heeft u vragen over aansprakelijkheid, letselschade of onrechtmatige daad onze advocaten of letselschadespecialisten. Ons landelijk nummer is 0800 44 55 000.

Door: mr. M.K. (Marit) Herngreen, NIVRE personenschade-expert, regio Doetinchem en Arnhem

Vraag een specialist letselschade

    Uw naam
    Uw telefoonnummer
    Uw e-mailadres

    Altijd de juiste overeenkomsten en documenten bij de hand?

    Bekijk onze database

    Schrijf u in voor onze nieuwsbrief