Verlofaanvraag van een werknemer weigeren

Verlofaanvraag van een werknemer weigeren – Ieder jaar is het weer geduw en getrek. Wie gaat wanneer op vakantie en wie neemt de zaken waar? De vakantieplanning is een hele opgave en de vraag die vaak wordt gesteld is: mag u als werkgever de vakantie- / verlofaanvraag van een werknemer weigeren?

Verlofaanvraag van een werknemer weigeren

In mei van dit jaar heeft het Gerechtshof ‘s -Hertogenbosch geoordeeld over een ontslag op staande voet, dat werd gegeven nadat een werknemer, ondanks een weigering van de verlofaanvraag, toch op vakantie ging. Niet alleen geeft het Hof antwoord op de vraag of de werkgever een aanvraag voor verlof mag weigeren, maar daarnaast laat het Hof zich uit of het ongeoorloofd op vakantie gaan, reden is voor een ontslag op staande voet.

Ontslag op staande voet?

In casu had de werknemer in september al verlof aangevraagd voor de kerstperiode (maandag 23 tot en met vrijdag 31 december). De werkgever laat de werknemer vervolgens weten, dat er pas toestemming kan worden gegeven als duidelijk is wie er allemaal vrij willen zijn in deze periode. Diverse malen vraagt de werknemer of er al een beslissing is genomen en pas in week 51 komt het verlossende antwoord.  De werkgever staat het verlof toe, met uitzondering van maandag 23 december. Door deze beslissing heeft de werknemer een groot probleem, want zijn vakantie is inmiddels al geboekt. De werknemer laat dan ook schriftelijk weten dat hij er op maandag 23 december niet zal zijn. Op die desbetreffende maandag meldt de werknemer zich ook nog eens telefonisch om te laten weten dat hij niet zal komen. De reactie: ‘U bent op staande voet ontslagen wegens werkweigering!’

Kantonrechter Den Bosch, nietigheid ontslag

De werknemer wendt zich tot de kantonrechter en beroept zich op de nietigheid van het ontslag, wegens het ontbreken van een dringende reden. Hij voert aan dat hij tijdig het verlof heeft aangevraagd en pas drie dagen voor zijn vertrek kreeg hij antwoord van de werkgever en toen was zijn vakantie al geboekt. Kortom, in deze omstandigheden kon niet meer  van hem worden verwacht dat hij op zijn werk verscheen. De werkgever geeft hierop aan, dat vanwege de bedrijfsvoering (produceren en levering van verse levensmiddelen) er pas laat besloten kan worden over het verlof rond de feestdagen. Daarenboven heeft de werkgever de werknemer gewaarschuwd, dat als hij niet zou verschijnen, dat hij dan zou worden ontslagen.  De kantonrechter stelt de werkgever in het gelijk. De werknemer was gewaarschuwd en de werkgever had een goede reden om pas laat over het verlof te beslissen.

Beslissing Gerechtshof Den Bosch verlofaanvraag van een werknemer weigeren

Verlofaanvraag van een werknemer weigeren

Het Hof sluit zich niet aan bij het oordeel van de kantonrechter. Op grond van de wet (artikel 7:638 BW) moet de werkgever namelijk het verlof vaststellen naar de wens van de werknemer én binnen twee weken een beslissing nemen over de verlofaanvraag. Als er geen beslissing wordt genomen, dan wordt het verlof geacht te zijn toegekend.  Deze regeling geldt ten aanzien van de wettelijke vakantiedagen. Van deze regel kan overigens worden afgeweken als de vakantiedagen op voorhand al schriftelijk waren bepaald door overeenkomst of CAO of als er sprake is van een zeer gewichtige reden (bijv. noodsituatie).
De werkgever voerde in deze kwestie het beleid, dat verlofaanvragen in populaire vakantieperiodes tenminste drie maanden van tevoren moeten worden aangevraagd en dat binnen drie weken een beslissing wordt genomen. Echter ten aanzien van deze regeling oordeelt het Hof, dat deze enkel kan gelden ten aanzien van bovenwettelijke vakantiedagen. Daarenboven is een dergelijke regeling geen vrijbrief om vervolgens zonder inachtneming van ook maar enige termijn, een afwijzende beslissing op het vakantieverzoek te kunnen nemen. Het Hof oordeelt dan ook in het voordeel van de werknemer en de werkgever moet de werknemer binnen week weer toelaten tot het werk.

Hoofdregel bij verlofaanvraag van een werknemer weigeren

Het uitgangspunt is dat de werkgever ten aanzien van een verlofaanvraag moet beslissen conform de wens van de werknemer. Als vervolgens niet binnen twee weken een beslissing is genomen over de aanvraag, dan wordt de aanvraag geacht te zijn goedgekeurd. Enkel als er sprake is van gewichtige reden dan kan een verlofaanvraag worden afgewezen. Ook als de werknemer niet over voldoende vakantiedagen beschikt of de CAO het opnemen van vakantiedagen in een bepaalde periode verbiedt, kan de vakantieaanvraag worden afgewezen. Ten aanzien van het opnemen van de bovenwettelijke dagen heeft de werkgever meer vrijheid, maar ook dan moet er binnen een termijn een beslissing worden genomen op de verlofaanvraag.

Gewichtige redenen

Het weigeren van een vakantieaanvraag door een werkgever op grond van gewichtige redenen is mogelijk als de vakantie de bedrijfsvoering ernstig verstoort. In piekperiodes of als er onderbeztting dreigt op een bepaalde afdeling kan de afwezigheid van een werknemer de bedrijfsvoering in gevaar brengen. Gewichtige redenen zien dus op het bedrijfsbelang van de werkgever.

Meer weten over arbeidsrecht?

Wilt u meer weten over de regels omtrent de arbeidsrechtelijke bepalingen rondom vakantie- en verlof, of heeft u andere arbeidsrechtelijke vragen? Aarzel dan niet om contact met onze arbeidsrecht advocaat in Arnhem en Nijmegen op te nemen. U ons bereiken op het gratis nummer 0800-4455000 of het contactformulier invullen om ons contact met u op te laten nemen.

    Uw naam
    Uw telefoonnummer
    Uw e-mailadres

    Altijd de juiste overeenkomsten en documenten bij de hand?

    Bekijk onze database

    Schrijf u in voor onze nieuwsbrief