Arbeidsongeval en taalbarrière

Arbeidsongeval en taalbarrière: Onvoldoende rekening houden met een taalbarrière, betekent meestal dat de werkgever een schadevergoeding betaalt als een werknemer gewond raakt bij een arbeidsongeval. Het is belangrijk voor werkgevers om rekening te houden met taalbarrières. Als werknemers elkaar niet verstaan of als een werknemer de taal van de veiligheidsinstructies niet machtig is, schendt de werkgever zijn zorgplicht.

In steeds meer sectoren werken veel buitenlandse werknemers. In de bouw, landbouw en industrie is de kans op arbeidsongevallen met letselschade groot. Communicatie is belangrijk voor de veiligheid. Na een arbeidsongeval speelt daarom vaak de vraag in hoeverre de schade het gevolg is van een taalbarrière. Over het algemeen kan het volgende gezegd worden over arbeidsongevallen en taalbarrières:

  • De verantwoordelijkheid voor de taalbarrière ligt bij de werkgever.;
  • Als (veiligheids)instructies niet zijn gegeven in een taal die de werknemer begrijpt dan wordt over het algemeen aangenomen dat de werkgever niet aan de zorgplicht heeft voldaan;
  • De werkgever is ook aansprakelijk als een werknemer gewond raakt, omdat een collega geen Nederlands spreekt en de werkgever geen rekening hield met de taalbarrière;
  • Bij instructies, waarschuwingen, voorlichting etc. moet de werkgever rekening houden met taalbarrières;
  • Werknemers die samenwerken hoeven niet elkaars taal te spreken, maar moeten wel kunnen communiceren;
  • Als werknemers elkaar niet zien, neemt het belang van mondelinge communicatie toe.

Gebrekkige taalbeheersing op de werkvloer en arbeidsongevallen

Wanneer is de taal die werknemers spreken van belang bij een arbeidsongeval? Algemene verwijten aan de werkgever kunnen niet ten grondslag liggen aan een schadeclaim. De taalbarrière moet dus een specifieke rol spelen bij het arbeidsongeval. De rechter beoordeelt niet de algemene veiligheid binnen het bedrijf, maar de maatregelen die de werkgever nam om dit specifieke ongeval te voorkomen. Dat er personen op de werkvloer rondlopen die de Nederlandse taal niet beheersen, is daarom alleen van belang als dit een rol speelt bij het ontstaan van een ongeval.

Arbeidsongeval en taalbarrière, buitenlandse collega spreekt geen nederlands, ongeval op werk en nederlandse taal, Rechtbank Rotterdam 11 september 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:8926; Rechtbank Limburg 9 augustus 2017, ECLI:NL:RBLIM:2017:7743; Rechtbank Overijssel 25 oktober 2016, ECLI:NL:RBOVE:2016:4149

Arbeidsongeval door collega met taalbarrière

De werkgever betaalt in bijna alle gevallen ook een schadevergoeding als iemand gewond raakt, omdat een collega geen Nederlands spreekt. Samenwerken met iemand die je niet verstaat, kan gevaarlijk zijn. Niet alleen de veiligheid van de werknemer die veiligheidsinstructies en voorlichting niet in zijn eigen taal kreeg, loopt gevaar. Na een arbeidsongeval is daarom van belang of voorlichting, instructies etc. in een voor de werknemer begrijpelijke taal het ongeval hadden voorkomen.

Non-verbale communicatie en elkaar zien

Een recente uitspraak van de rechtbank Rotterdam gaat over handletsel opgelopen bij een ongeval met een heftruck. De werknemers konden elkaar niet zien. Daarom wordt benadrukt dat de werknemers elkaar ook niet konden verstaan. Non-verbale communicatie is waarschijnlijk voldoende bij veel werkzaamheden, maar daarvoor moeten werknemers elkaar wel kunnen zien. Dat de heftruck bestuurder en de werknemer waarmee deze samenwerkte elkaar niet konden zien kan de werkgever worden aangerekend:

‘Verder blijkt uit het incidentenrapport dat Access World zelf in het geding heeft gebracht, dat [verzoeker] ten tijde van het incident bovenop vijf zakken stond (die volgens Access World per stuk 50 à 80 centimeter hoog zijn) en dat de bestuurder van de vorkheftruck [verzoeker] op dat moment niet kon zien. Deze manier van werken komt de kantonrechter niet veilig voor.
Zeker niet als – zo heeft [verzoeker] onweersproken gesteld – [verzoeker] een andere taal spreekt dan de bestuurder van de vorkheftruck en zij elkaar dus niet konden verstaan als [verzoeker] iets riep, nog daargelaten de vraag of zij elkaar wel konden horen.’

Zorgplicht werkgever en buitenlandse werknemers

Werkgevers met buitenlandse werknemers moeten rekening houden met taalbarrières. De verantwoordelijkheid voor het overbruggen van de taalbarrière ligt bij de werkgever. Het is voor werkgevers van werknemers die geen Nederlands spreken belangrijk om veiligheidsinstructies, cursussen en andere informatie in de taal van de werknemer beschikbaar te stellen. Als informatie alleen in het Nederlands beschikbaar is, voldoet de werkgever niet aan zijn zorgplicht.

Werkgever kiest ervoor een buitenlandse werknemer te werk te stellen

De verantwoordelijkheid voor de communicatie binnen het bedrijf is de werkgever. Dat een werknemer geen Nederlands spreekt, komt voor rekening van de werkgever. De onderstaande passage uit een uitspraak van de rechtbank Limburg beschrijft de verantwoordelijkheid van de werkgever voor werknemers die geen Nederlands spreken en lezen:

‘Niet blijkt dat [eiser] is gewezen op veiligheidsrisico’s alsmede dat hem is gewezen hoe hij zijn werkzaamheden op een zo veilig mogelijke manier diende te verrichten. Dat [eiser] de Nederlandse taal niet machtig is en het inwerken door een Poolse medewerker is gedaan, is een omstandigheid die voor rekening en risico van [betonbedrijf] dient te komen. Zij kiest er immers voor om een buitenlandse werknemer te werk te stellen, zodat een taalbarrière niet aan die werknemer mag worden tegengeworpen. Zeker niet indien het gaat om verplichtingen die op een werkgever rusten in het kader van zijn zorgplicht.’

De ervaring van de werknemer en de aard van de werkzaamheden

Het onderstaande fragment benadrukt het belang van voorlichting in een taal die de werknemer machtig is. De rechter geeft aan dat rekening houden met een taalbarrière ook noodzakelijk is als de werkplek veilig is, ‘training on the job’ voldoende is en de werknemer ervaring heeft met het werk. Ook voor ervaren werknemers geldt dus gewoon de verplichting om de werknemer voor te lichten in een voor de werknemer begrijpelijke taal:

‘Het moge zo zijn dat de arbeidsplaats voldoet aan de veiligheidseisen die daarvoor in genoemde richtlijnen zijn gesteld, dat [verweerders & zn] gelet op de aard van de werkzaamheden heeft kunnen volstaan met een “training on the job” en dat [verzoeker] heeft laten zien dat hij die werkzaamheden beheerste, dat [verzoeker] voldoende is voorgelicht over veilig werken met een mes afgestemd op de door hem uit te voeren werkzaamheden op de slachtbaan en rekening houdend met de bestaande taalbarrière is de kantonrechter niet gebleken.’

Causaal verband tussen taal en schade

Voor een succesvolle schadeclaim moet er een direct verband bestaan tussen de schade en de verwijtbare handeling. Elkaars taal niet spreken moet dus de oorzaak zijn van het arbeidsongeval. De rechter oordeelt dat dit verband bestaat in onderstaand fragment, omdat niet kan worden uitgesloten dat instructies in een voor de werknemer begrijpelijke taal het ongeval hadden voorkomen:

‘Voor zover in de stellingen van [verweerders & zn] ligt besloten dat het ontbreken van die voorlichting noch de taalbarrière causaal is geweest voor het uitschieten van het mes, volgt de kantonrechter [verweerders & zn] daarin niet. Niet uit te sluiten valt immers dat als [verzoeker] een veiligheids- en/of werkinstructie voor het gebruik van het mes zou hebben gehad, toegesneden op zijn werkzaamheden aan de lopende transportbaan en in een voor hem begrijpelijke taal, het ongeval niet zou zijn voorgevallen.’

Meerdere nationaliteiten binnen bedrijf

De werkgever liet in de zaak van het onderstaande fragment een Hongaarse werknemer inwerken door een Poolse werknemer. De rechter oordeelt daarom dat de vraag of een mondelinge veiligheidsinstructie is gegeven, onbeantwoord kan blijven. Een mondelinge instructie van een collega die niet de zelfde taal spreekt, is volgens de rechter onvoldoende om te oordelen dat de werkgever aan de zorgplicht voldeed:

‘Met betrekking tot de vraag of [verzoeker] instructie heeft ontvangen over het al dan niet wegsnijden van aan runderen voorkomende abcessen en over het gebruik van de stopknop wordt geoordeeld dat die vraag in het midden kan blijven, nu een eventuele mondelinge instructie afkomstig van een Poolse medewerker in het geval van [verzoeker], die de Hongaarse nationaliteit heeft en de Nederlandse taal niet (voldoende) beheerst, als ontoereikend moet worden beschouwd.’

Samenwerkende werknemers moeten kunnen communiceren

In een uitspraak van de rechtbank Dordrecht wordt een rapport van de Arbeidsinspectie geciteerd. De inspecteurs benoemen dat er in de Arbeidsomstandighedenwetgeving geen regels staan over omgaan met een taalbarrière. De inspecteurs vinden dat onder ‘goed en veilig werken’ ook valt dat werknemers die samenwerken zich met elkaar verstaanbaar kunnen maken. De rechter gaat hierin mee.

‘De bedrijfstak bouw wordt in toenemende mate bemand door buitenlandse werknemers. Door de taalbarrière is de kans op misverstanden groot, ook als het gaat om de veiligheid en de gezondheid op het werk.
De Arbeidsomstandighedenwetgeving geeft hiervoor echter geen praktische handvatten. Wel kan naar onze mening in de geest van de Arbeidsomstandighedenwet van de werkgever worden verwacht, “als een eis van goed en veilig werken”, dat werknemers die met elkaar moeten samenwerken en daardoor van elkaar afhankelijk zijn, zich met elkaar verstaanbaar moeten kunnen maken.’

Vragen over een arbeidsongeval?

Ons telefoonnummer is 0800 – 44 55 000. U kunt ook een e-mail sturen naar info@hijink.com of het onderstaande contactformulier invullen.

    Uw naam
    Uw telefoonnummer
    Uw e-mailadres

    Bronnen: www.rechtspraak.nl
    Rechtbank Rotterdam 11 september 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:8926; Rechtbank Limburg 9 augustus 2017, ECLI:NL:RBLIM:2017:7743; Rechtbank Overijssel 25 oktober 2016, ECLI:NL:RBOVE:2016:4149

    Altijd de juiste overeenkomsten en documenten bij de hand?

    Bekijk onze database

    Schrijf u in voor onze nieuwsbrief