Een werknemer heeft recht op 8% vakantiegeld over het bruto jaarsalaris. Vakantiegeld wordt in de wet vakantiebijslag genoemd. Ook de term vakantietoeslag wordt gebruikt. Als wordt gesproken over vakantiebijslag of vakantietoeslag wordt vakantiegeld bedoeld.
Officieel is vakantiegeld het loon dat wordt doorbetaald tijdens de vakantie. Vakantiegeld en vakantiebijslag/vakantietoeslag zijn dus eigenlijk twee verschillende zaken. In het normale spraakgebruik gebruiken we vakantiegeld echter om de 8% vakantiebijslag aan te duiden.
Vakantiegeld uitbetalen
De werkgever moet minimaal 1 keer per jaar het opgebouwde vakantiegeld uitbetalen. Wanneer vakantiebijslag wordt uitbetaald staat in uw arbeidsovereenkomst of cao. Meestal wordt de opgebouwde vakantiebijslag uitbetaald in mei of juni.
Een werknemer kan vragen om de vakantiebijslag eerder uit te betalen. De werkgever is niet verplicht om medewerking te verlenen aan een verzoek om de vakantiebijslag uit te betalen. De werkgever is wel bevoegd om op elk moment uit te betalen als de werknemer daarom vraagt. Of de werkgever meewerkt om aan een verzoek om het opgebouwde bedrag uit te betalen, mag de werkgever dus zelf beslissen. Uiteraard moet de werkgever de afspraken uit een arbeisovereenkomst of CAO wel nakomen.
Vakantiegeld berekenen
Vakantiebijslag berekenen we over het brutoloon. Over alle betalingen van de werkgever die als loon worden gezien, wordt vakantiebijslag betaald door de werkgever. Onder het loon vallen onder andere gevarengeld, provisies, uitbetaalde vakantiedagen en onregelmatigheidstoeslagen. Uiteraard staat het de werkgever vrij om ook over andere bedragen vakantiegeld te betalen. In het arbeidscontract of de CAO is veelal terug te vinden over welke bedragen vakantiebijslag wordt betaald. Of er vakantietoeslag betaald wordt over een bedrag is grotendeels afhankelijk van de formulering van de vergoeding in de arbeidsovereenkomst of cao.
Uw vakantiegeld berekent u door alle loon betalingen van uw werkgever op te tellen en hier 8% over te rekenen. Deze berekening voert u uit door het loon met 1,08 te vermenigvuldigen.
Vakantiegeld belasting
Vakantiegeld is inkomen. Er moet inkomstenbelasting over worden betaald. Het stelsel van inkomensbelasting is progressief.
- Eerste schijf Tot € 20.384,– 36,65 procent
- Tweede schijf Tot € 34.300,– 38,10 procent
- Derde schijf Tot € 68.507,– 38,10 procent
- Vierde schijf Vanaf € 68.507,– 51,75 procent
Vakantiegeld komt bovenop het inkomen en valt dus in de hoogste toegepaste belastingschijf. Om vakantiegeld van bruto naar netto om te zetten is dus van belang wat uw jaar inkomen is. Afhankelijk hiervan betaalt u 36,65 %, 38,10 % of 51,75 % belasting over de vakantietoeslag. De vakantiebijslag kan ook in twee schijven vallen.
Bruto vakantiebijslag naar netto
U kunt uw netto vakantiegeld eenvoudig berekenen. U bepaalt de hoogste belastingschijf waarin uw bruto jaarloon valt. Het bijbehorende percentage is het belastingtarief dat voor uw vakantiebijslag geldt. Uiteraard is het ook mogelijk dat op de vakantietoeslag meer dan 1 belastingtarief van toepassing is.
Overuren
Over overuren wordt vakantiegeld betaald als de deeltijdwerker meer werkt dan in zijn contract is opgenomen. Een werknemer met een fulltime dienst verband ontvangt geen vakantietoeslag over zijn overuren. De Hoge Raad heeft bepaalt dat er in dat geval geen sprake is van loon. Overuren zijn een incidentele vergoeding en vallen niet onder het loon waarover de vakantiebijslag wordt berekend.
0-uren contract
De medewerker met een nulurencontract heeft ook recht op 8 % vakantiebijslag over zijn gewerkte uren. Bij een nulurencontracten is het maandelijks uitbetalen van vakantiegeld gebruikelijk.
Vakantiegeld over 13de maand
Over een dertiende maand wordt alleen vakantiegeld betaald als de 13de maand jaarlijks wordt uitbetaald. Ook is van belang dat de 13de maand niet afhankelijk mag zijn van een bepaalde prestatie. Als het ontvangen van een 13de maand afhankelijk is van winst of een goede beoordeling wordt geen vakantiebijslag gerekend over de 13de maand.
Lager vakantiegeld
Als een werknemer meer dan driemaal het minimum loon verdient, kunnen werknemer en werkgever een lager vakantiegeld overeenkomen. In dat geval kan dus worden afgeweken van de normale 8% vakantiebijslag over het bruto loon. Het overeengekomen lagere recht op vakantiebijslag moet minimaal 8% over driemaal het minimum loon zijn.
Als door ziekte of bij verlof (tijdelijk) een lager loon wordt betaald, wordt ook de vakantiebijslag lager. De vakantiebijslag wordt over het (lagere)loon berekend, zodat bij een daling van het loon ook de vakantiebijslag daalt.
Vakantiegeld uitbetalen na ontslag
Als het dienstverband van een werknemer eindigt, moet het vakantiegeld direct worden uitbetaald. Bij de eindafrekening betaalt de werkgever de totale opgebouwde vakantietoeslag uit aan de werknemer die uit dienst treedt.