Schadevergoeding voor ontbreken verzekering

Schadevergoeding voor ontbreken verzekering: Een eigenaar van een restaurant is daarnaast een groot liefhebber van duiven. De man benadert een tussenpersoon voor zakelijke en privé verzekeringen. De duiven doen het in de periode na het afsluiten van de verzekering bijzonder goed en de waarde van de duiven stijgt. Als enige tijd later 112 duiven worden gestolen, blijkt de man niet verzekerd voor deze diefstal. De duivenmelker stelt de tussenpersoon aansprakelijk voor de schade die is ontstaan door de diefstal van de duiven.

Onduidelijkheid over een verzekering zorgt regelmatig voor ellende. Als een verzekering is afgesloten via een tussenpersoon dan kan deze tussenpersoon aansprakelijk zijn voor onderverzekering of het ontbreken van een verzekering. De rechter beoordeelt in deze procedure of de tussenpersoon bij het sluiten van de verzekeringsovereenkomst of tijdens de looptijd van de verzekeringen zijn zorgplicht schond. Heeft de onverzekerde duivenmelker recht op een schadevergoeding? Een recente uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant laat zien hoe de rechter kijkt naar de zorgplicht van een tussenpersoon verzekeringen.

Niet meeverzekerd onder inboedelverzekering

Na de diefstal blijken de duiven niet meeverzekerd op grond van de afgesloten inboedelverzekering. De schade van de diefstal blijft daarom voor eigen rekening. Het ontbreken van een verzekering heeft daarom grote financiële gevolgen:

‘Partijen zijn het er over eens dat de duiven van [eiser] niet meeverzekerd waren onder de inboedelverzekering en dat [eiser] hierdoor schade heeft geleden.’

schadevergoeding voor ontbreken verzekering, schadevergoeding geen verzekering afgesloten dopor tussenpertsoon, tussenpersoon aansprakelijk vgoor onverzekerd zijn, Rechtbank Zeeland-West-Brabant 23 augustus 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:6006

Redelijk bekwaam en redelijk handelend beroepsgenoot

De rechter beschrijft het toetsingskader. We beoordelen of een tussenpersoon tekort schiet aan de hand van de vraag wat van een redelijk bekwaam en redelijk handelende tussenpersoon mag worden verwacht.

‘De rechtbank stelt voorop dat een assurantietussenpersoon tegenover zijn opdrachtgever de zorg dient te betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend beroepsgenoot mag worden verwacht. Het is zijn taak te waken voor de belangen van de verzekeringnemers bij de tot zijn portefeuille behorende verzekeringen. Tot deze taak behoort in beginsel ook dat – kort gezegd – de assurantietussenpersoon de verzekeringnemer tijdig opmerkzaam maakt op de gevolgen die de hem bekende feiten, naar hij als redelijk bekwaam en redelijk handelend assurantietussenpersoon behoort te begrijpen, voor de dekking van de tot zijn portefeuille behorende verzekeringen kunnen hebben. Daarbij gaat het om feiten die aan de assurantietussen bekend zijn of die hem redelijkerwijs bekend behoorden te zijn.’

Actieve opstelling tussenpersoon vereist

De tussenpersoon moet handelen aan de hand van hetgeen hij weet en hetgeen hij hoort te weten. Een vraag die we moeten beantwoorden bij de beoordeling van de aansprakelijkheid van een tussenpersoon is daarom wat de tussenpersoon had moeten weten. De tussenpersoon moet zich hierbij actief opstellen. Als er onduidelijkheid bestaat, moet de tussenpersoon om meer informatie vragen:

‘Bij dit laatste geldt dat indien de tussenpersoon niet over voldoende gegevens beschikt of niet ervan mag uitgaan dat de gegevens waarover hij beschikt volledig en juist zijn, hij daarnaar bij zijn cliënt dient te informeren. De precieze reikwijdte van de zorgplicht is afhankelijk van de omstandigheden van het geval, met name van de aard en inhoud van de opdracht en de belangen van de opdrachtgever, voor zover die kenbaar zijn voor de assurantietussenpersoon. De zorgplicht strekt zich onder andere uit tot het risico van onderverzekering. De tussenpersoon dient actief te handelen en als deskundige op het gebied van verzekeringen te waken tegen het risico van onderverzekering, door behulpzaam te zijn bij het toetsen of sprake is van onderverzekering en tegen het risico van onderverzekering te waarschuwen.’

Schending zorgplicht bij afsluiten verzekering

Uit de rechtszaak blijkt dat bij het afsluiten van de verzekering niet is gesproken over het meeverzekeren van de duiven. Daartoe bestond op dat moment ook weinig reden. De duiven waren op dat moment nog niet veel waard. De rechtbank ziet daarom niet in waarom er sprake is van de schending van de zorgplicht en aansprakelijkheid bij het afsluiten van de verzekering:

‘Dat de term levende have [eiser] onbekend was doet daar niet aan af. [eiser] heeft tijdens de mondelinge behandeling namelijk ook gesteld dat de duiven op dat moment nog geen hoge waarde vertegenwoordigden en dat hij er toen niet bij stil heeft gestaan om de duiven apart te verzekeren. In het licht van die stelling valt zonder nader toelichting, die ontbreekt, niet in te zien welke aanleiding [gedaagde] dan gehad zou moeten hebben om de informatie die door [eiser] met betrekking tot de duiven aan haar verstrekt was te betwijfelen. Gelet hierop is de rechtbank van oordeel dat [eiser] zijn stelling dat [gedaagde] de zorgplicht bij de totstandkoming van de overeenkomst heeft geschonden, onvoldoende heeft onderbouwd.’

Schending zorgplicht tijdens looptijd verzekering

Gedurende de looptijd van de verzekering neemt de waarde van de duiven toe. De duivenmelker geeft aan dat dit bij iedereen binnen de gemeenschap bekend was. Ook de tussenpersoon had daarom op de hoogte moeten zijn van de waardestijging van de duiven. De duivenmelker erkent tijdens de zitting dat de waardestijging van de duiven en het verzekeren van de duiven niet specifiek zijn besproken. De rechter stelt daarom vast dat er geen sprake is van schending van de zorgplicht tijdens de looptijd van de verzekering:

‘De stelling van [eiser] dat zijn successen binnen de gemeenschap bekend waren, leidt niet tot een ander oordeel omdat [eiser] heeft erkend dat hij [gedaagde] in elk geval niet heeft geïnformeerd over de waarde(stijging) van de duiven, niet tijdens de jaarlijkse bijeenkomsten en niet op een ander moment. Hoewel [eiser] stelt dat door hem regelmatig aan [gedaagde] is gevraagd om de duiven te verzekeren, heeft hij tijdens de mondelinge behandeling ook verklaard dat de duiven juist niet specifiek ter sprake zijn gekomen en dat hij er niet bij stil heeft gestaan om de duiven apart te verzekeren. Bij deze stand van zaken kan niet geconcludeerd worden dat [gedaagde] haar zorgplicht tijdens de looptijd van de verzekeringsovereenkomst heeft geschonden.’

Voorkom onduidelijkheden

Schriftelijke communicatie over de wensen voor een verzekering voorkomt mogelijke bewijsproblemen. De verzekeringsnemer kan niet aantonen dat de tussenpersoon wist van de waardestijging van de duiven. Uit de rechtszaak blijkt dat de man de duiven niet specifiek ter sprake heeft gebracht. In veel gevallen bestaat er onduidelijkheid over de communicatie tussen verzekeringsnemer en tussenpersoon. Het is daarom in veel gevallen verstandig om schriftelijk (per e-mail) vast te leggen aan welke eigenschappen een verzekering moet voldoen.

Bespreek uw schade met een advocaat

Neem contact op door te bellen naar 0800 – 44 55 000, een e-mail te sturen naar info@hijink.com of door het onderstaande contactformulier in te vullen.

    Uw naam
    Uw telefoonnummer
    Uw e-mailadres

    Bron: www.rechtspraak.nl Rechtbank Zeeland-West-Brabant 23 augustus 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:6006

    Altijd de juiste overeenkomsten en documenten bij de hand?

    Bekijk onze database

    Schrijf u in voor onze nieuwsbrief