Bewijs in een deelgeschilprocedure

Bewijs in een deelgeschilprocedure: De mogelijkheid voor bewijslevering over de toedracht van een verkeersongeval in de deelgeschilprocedure is zeer beperkt. Gezien de aard van een deelgeschil volgt vaak afwijzing en zal een bodemprocedure moeten worden gestart.

Deelgeschilprocedure

Een deelgeschilprocedure geeft partijen bij een juridisch geschil over letselschade of overlijdensschade in de onderhandelingsfase een snelle toegang tot de rechter. Het doel is partijen een oplossing te geven voor een geschil op één of enkele twistpunten waarmee het bereiken van een afwikkeling middels een vaststellingsovereenkomst dichterbij komt.

In de procedure dient de advocaat van de gedupeerde, woonachtig in Amsterdam een verzoekschrift in waarbij Achmea te Apeldoorn de verwerende partij is. De advocaat van verzoeker vraagt de rechter in Zutphen om te verklaren voor recht dat verweerders (de bestuurder en diens verzekeraar) hoofdelijk aansprakelijk zijn voor het verkeersongeluk en gehouden zijn de schade te vergoeden. Ook vraagt verzoeker om verweerders te veroordelen in de kosten van de rechtszaak.

Toedracht verkeersongeluk

In Amsterdam vindt op 5 mei 2018 een aanrijding plaats waarbij partijen betrokken waren. Beiden reden in een personenauto. De verzekerde van Achmea reed achter de gedupeerde en is op enig moment gaan inhalen. Hierbij kwamen beide voertuigen met elkaar in botsing.

Hierbij geeft verweerder tegenover Politie aan dat verzoeker stilstond voor langer dan een minuut. Er brandde geen alarmverlichting, ook werd niet op andere wijze gewaarschuwd. Verweerder besloot de auto in te halen. Er onstond een aanrijding bij het inhalen. Tijdens comparitie verandert deze verklaring op enkele punten, in die zin dat verzoeker plotseling en versneld achteruit reed op het moment dat hij wilde inhalen.

Verweerder legt bij Politie een andere verklaring af. Hij verklaart dat hij stilstond om in te parkeren. Plotseling haalde verweerder links in over de stoep of middenberm, “Hij raakte mij linksachter“.

De bijrijder van verzoeker die een getuigenverklaring aflegt, heeft schriftelijk verklaard dat de Volkswagen van verzoeker stil stond ten tijde van de aanrijding. Dit is vervolgens ook schriftelijk verklaard door een andere getuige. Hij bevond zich ten tijde van de aanrijding naar eigen zeggen aan de overkant van de weg.

Een aantal andere getuigen legt weer een verklaring af die niet geheel eenduidig zijn en onvoldoende uitsluitsel geven.

Ongevallen Analyse Meuwissen

Ook werd Meuwissen Ongevallen Analyse geraadpleegd voor vaststelling van de toedracht van het verkeersongeluk. Ook bij de ongevallenanalyse komt onvoldoende vast te staan of verzoeker achteruit reed of stilstond. De foto’s en het schadebeeld geven onvoldoende uitsluitsel. Ook de PC-Crash leidt tot onvoldoende overtuigende inzichten om een verdedigbare uitspraak te doen, aldus Meuwissen. Vanuit technische zin kan niet definitief worden vastgesteld of verzoeker stilstond of achteruit reed.

Juridische gezien wordt aan de schadeclaim ten grondslag gelegd dat verweerder onrechtmatig heeft gehandeld jegens verzoeker conform 6:162 BW. Op grond van artikel 6 WAM heeft verzoeker een rechtstreeks vorderingsrecht op de verzekeraar van de bestuurder.

Achmea stelt zich op het standpunt dat verzoeker niet ontvankelijk moet worden verklaard, dan wel deze dienen te worden afgewezen.

Rechtbank in Zutphen

Allereerst stelt de rechter vast dat uit de overgelegde medische informatie voldoende blijkt dat door de aanrijding enige letselschade is ontstaan. Het verzoekschrift is daarmee ontvankelijk.

De rechtbank Zutphen meent echter dat het geschil zich niet leent voor de behandeling in een deelgeschilprocedure.

In de procedure staat de vraag centraal of de Volkswagen op het moment van het ongeval stilstond of achteruit reed. Het antwoord op deze vraag is bepalend voor het aannemen van aansprakelijkheid. Uit de stukken en ter zitting blijkt dat de toedracht niet vast staat. Er zijn twee getuigenverklaringen die beweren dat de Volkswagen stil stond, waartegenover vier getuigenverklaringen staan die zeggen dat de Volkswagen achteruit reed.

Dat een tweetal getuigen niet staat vermeld op het schadeaanrijdingsformulier, maakt volgens de rechtbank Zutphen niet dat er daarom geen waarde moet worden toegekend aan de getuigenverklaringen.

Ook heeft Achmea onderzoek laten verrichten naar de toedracht. De verkeersongevallenanalist heeft van de autoschade aan beide auto’s foto’s gemaakt en geconcludeerd dat hij vanuit technische zin geen uitsluitsel kan geven over de vraag of de Volkswagen al dan niet stil stond tijdens de aanrijding. Het schadebeeld kan door beide scenario’s zijn ontstaan.

De toedracht wordt door de verweerder gemotiveerd betwist.

Bewijs in een deelgeschilprocedure

De rechtbank komt tot de conclusie dat nadere bewijslevering noodzakelijk is om te komen tot de gestelde toedracht door verzoeker. Het leveren van bewijs in een deelgeschilprocedure valt echter buiten de reikwijdte van een deelgeschil, omdat getuigenbewijs zich niet verdraagt met het uitgangspunt van de deelgeschilprocedure, die eenvoudig, snel en kostenefficiënt. Om deze reden verklaart de rechtbank verzoeker niet ontvankelijk en verwijst naar de bodemprocedure. Het verzoek zal op grond van artikel 1019z Rv worden afgewezen.

Wel zal de rechtbank de kosten begroten conform artikel 1019aa Rv. Er heeft een dubbele redelijkheidstoets te gelden. De gemaakte kosten horen redelijk te zijn maar ook dát de kosten gemaakt zijn moet redelijk zijn. In beginsel geldt dat als een deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld, de kosten daarvan niet voor vergoeding in aanmerking komen. Van deze situatie is in dit geval geen sprake.

De kosten van het deelgeschil worden door Achmea hoog geacht. De rechtbank stelt vast dat een uurtarief van € 220,- exclusief kantoorkosten van 6% en 21% BTW redelijk is. Het aantal uren wordt gematigd van 15 naar 11.

Echter omdat geen aansprakelijkheid is komen vast te staan, kan Achmea niet worden veroordeeld in de kosten. Verzoeker zal de kosten van de gerechtelijke procedure, het deelgeschil, moeten dragen. Ook het verzoek tot veroordeling in de kosten van het deelgeschil wordt afgewezen.

Advies over getuigen bewijs in een deelgeschilprocedure

Wilt u uw vraag over getuigen bewijs in een deelgeschilprocedure bespreken met een letselschadeadvocaat. Heeft u een vraag over uw letselschadezaak? Bel 0800-4455000 voor letselhulp. Wij werken landelijk.

Ook kunt u onderstaand uw gegevens achterlaten, wij bellen u dan terug.

    Uw naam
    Uw telefoonnummer
    Uw e-mailadres

    Bron: Rechtbank Gelderland Zutphen 17-01-2020 Zaaknummer ECLI:NL:RBGEL:2020:223 / C/05/359172 / HZ RK 19-56

    Altijd de juiste overeenkomsten en documenten bij de hand?

    Bekijk onze database

    Schrijf u in voor onze nieuwsbrief